Laden...

Nieuwe grenswaarden voor PFAS in grond

Op 14 mei 2020 heeft Rijkswaterstaat Bodem+ de beoordelingscriteria verruimt voor de niet-reinigbaarheid van PFAS houdende grond. PFAS-houdende zandgrond met gehalten boven respectievelijk 60 ug/kg voor PFOS, 140 ug/kg voor PFOA en 60 ug/kg voor andere PFAS-verbindingen mag worden gestort met een verklaring van niet-reinigbaarheid.

Deze verruiming komt bovenop een eerdere verruiming dat grond met meer dan 40% afslibbare delen lees: leem en kleigrond) sowieso niet reinigbaar is.

Deze nieuwe normering is afgeleid van de zgn 3-7-3 norm, de vastgestelde maximale achtergrondwaarde voor PFOS (3 ug/kg), PFOA (7 ug/kg) en andere PFAS verbindingen in grond (3 ug/kg) en een verwacht reinigingsrendement van 95% voor genoemde verbindingen. In labonderzoek zijn de reinigingsrendementen van 95% en zelfs hoger bevestigd. Op basis van proefverwerkingen is beleidsmatig door Bodem+ nu gekozen voor een grens van 95% verwacht reinigingsrendement.

Het 95% reinigingsrendement betekent dat 1/20 van de aanvangsconcentratie in de grond achterblijft. Bij een maximale hergebruiksnorm van 3-7-3 kom je inderdaad uit op de genoemde maximaal te behandelen concentraties.

 

Verwacht mag worden dat deze gestelde limieten opgenomen gaan worden in de BRL7500. Echter, naast opname in de BRL dienen grondverwerkers ook nog het (structureel) mogen accepteren en verwerken van PFAS houdende grond boven de hergebruiksnorm in hun vergunning zien te regelen. Momenteel zijn uitsluitend vergunningen afgegeven voor proefverwerkingen, nog niet voor “structurele verwerking”.

Grond verontreinigd boven de zogenaamde 60-140-60 norm kan dus worden gestort (met niet-reinigbaarheidsverklaring), maar vanwege hoge stort (en Wbm) kosten nog steeds erg duur zijn. Behandelen / verwerken van grond met een hogere concentratie PFAS dan 60-140-60 kan, maar wordt in dat geval alleen toegestaan als je proefondervindelijk kunt aantonen dat je met een specifieke grondslag een beter rendement kunt behalen.

 

In de reiniging van PFAS houdende grond zien we meerdere problemen opdoemen:

  1. Grond die PFAS bevat hoger dan de 3-7-3 norm mag momenteel nog niet worden gereinigd omdat geen enkele grondreiniger een vergunning heeft voor de structurele inname en verwerking van deze klasse grond. Daarnaast mag deze klasse grond ook niet worden gestort omdat hij als reinigbaar wordt beschouwd. Vraag is dus: wat dan?

We weten dat diverse bedrijven een tijdelijke opslag maken voor deze grond en dat discussies met diverse Bevoegde Gezagen lopen om een permanente vergunning voor verwerken te verkrijgen.

  1. De ontdoener moet rekening gaan houden met hogere kosten voor het storten van sterk verontreinigde PFAS grond op een erkende stortlocatie.
  2. De erkende stortlocaties zelf ondervinden meer druk vanuit de overheid om hun huidige PFAS emissies onder controle te brengen. De kosten voor inname van PFAS houdende grond zou daarmee nog verder kunnen stijgen of aan stingente regels kunnen worden verbonden. Deze stringentere regels zien we al in Duitsland* ontstaan: er zijn al voorbeelden waarbij sterk verontreinigde PFAS houdende grond eerst gestabiliseerd/geimmobiliseerd moet worden, voordat het materiaal naar een erkende  stortlocatie mag worden gebracht. Uiteraard zorgt dit voor nog hogere verwerkingskosten.

 

Het is aan te bevelen om als bedrijf het beleid aangaande tijdelijke opslag, hergebruik, afvoer of verwerking van grond van de locatie goed tegen het licht te houden.

PFAS Cleaning en Treatment Solutions kan daarbij op diverse manieren helpen, o.a. door te bepalen of het mogelijk is om een bepaalde partij (op termijn) toch te behandelen is door verwerken / soil washing. Labonderzoek kan hierbij behulpzaam zijn, ook omdat de effectiviteit van oplossingen vaak afhankelijk is van de combinatie van verontreinigingskarakteristieken, de lokale grondslag en andere locatie specifieke omstandigheden.

 

Vragen? Neem contact op met: Joop Jansen of Wim Plaisier

 

*In Duitsland is de wetgeving voor hergebruik van PFAS houdende grond gebaseerd op het uitlooggedrag van de grond en niet op de aanwezige PFAS concentratie.

Uitloging geeft natuurlijk een beter beeld van de mogelijke risico’s (voor grond en oppervlaktewater) van het hergebruik van grond die verontreinigd is met PFAS. Daarentegen is het weer lastiger om dit te koppelen aan het Nederlandse stand-still principe: de bodemkwaliteit in een bepaalde regio mag als gevolg van het hergebruik van grond niet verslechteren.